N-VA wil Vlaams antidiscriminatiecentrum

De N-VA-fractie vraagt dat de Vlaamse Regering zo snel mogelijk werk maakt van een eigen Vlaams antidiscriminatiecentrum. Zo’n onafhankelijke instelling geeft uitvoering aan bepaalde Europese en Vlaamse regelgeving inzake gelijke kansen en antidiscriminatie. Dit gebeurde tot op vandaag niet. Bovendien is het een logische stap in de evolutie van onze staatsinrichting.

"Het is toch de logica zelve dat Vlaanderen een eigen centrum heeft voor haar eigen bevoegdheden?" aldus Vlaams parlementslid Vera Celis (N-VA).  "Zo’n deelstatelijk centrum heeft daardoor een één-op-één-verhouding met de overheid en het parlement waar het verantwoording aan moet afleggen."

Maar een onafhankelijk Vlaams centrum biedt nog meer voordelen. Dat bleek uit een studie van Jogchum Vrielink en Stefan Sottiaux, die vandaag wordt toegelicht in de Commissie Onderwijs en Gelijke Kansen. Het is beter afgestemd op de regionale prioriteiten, heeft het meer draagvlak bij de Vlamingen, en biedt een betere bescherming, zo stellen de onderzoekers.
 
Een interfederalisering van het CGKR, waarbij de deelstaten wel meer zeggenschap zouden krijgen, zonder dat ze evenwel volledig bevoegd zouden worden, vindt de N-VA een weinig ambitieuze piste. Vlaams parlementslid Marc Hendrickx (N-VA) : "Ook in vele andere federale landen werkt men met een federaal en deelstatelijk orgaan. Dat ervaart men niet als een probleem, integendeel. Nergens kiest men voor een interfederale instelling. Waarom zouden wij dan kiezen voor zo’n halfslachtige oplossing? Dan is het net alsof Vlaanderen zijn administratie zou uitbesteden aan een federale overheidsdienst."
 
Ook als er een nieuw Vlaams antidiscrimantiecentrum zou komen, blijft het CGKR bestaan. De N-VA pleit wel voor een debat over de kerntaken van het federale centrum: "Het CGKR kan hoe dan ook niet al haar taken blijven uitoefenen zoals het dat vandaag doet. Niet omdat dit geen belangrijke taken zijn, maar omdat ze niet allemaal tot het takenpakket van zo’n instelling kunnen behoren. Het objectief opvolgen van mensenhandel, migratieproblematiek of armoedebestrijding, zijn geen opdrachten van het CGKR. Daar hebben we andere instellingen voor", besluit Vera Celis.